Bureau Kragten creëert met klimaatdialogen een olievlek

‘Een blauwdruk is er niet’

De klimaatdialoog is voor elke gemeente een nieuw fenomeen. Om het wiel niet steeds opnieuw uit te hoeven vinden, zijn ook adviesbureaus als partners betrokken. Een daarvan is bureau Kragten met vestigingen in Roermond en ’s-Hertogenbosch. Als advies-, ontwerp- en ingenieursbureau treedt Kragten op als dienstverlener voor de ontwikkeling, de inrichting en het beheer van stedelijk en landelijk gebied. Vanuit een duurzame en integrale aanpak.

Hoe krijg je alle neuzen dezelfde kant op? Die vraag staat centraal bij de klimaatdialogen. In Brabant begeleidt bureau Kragten diverse gemeenten om tot een breed gedragen klimaatadaptatiestrategie te komen. Bewustwording speelt daarbij een essentiële rol. “Die creëren we door verhalen op te halen”, zegt Petra Thijs, een van de trekkers van de dialogen vanuit Kragten. Welke doelgroep het lastigste mee te krijgen is? “Burgers. Door hun zonnepanelen zien ze de bomen in de straat eerder als een last dan als een lust.”

Elke doelgroep vraagt volgens Petra Thijs om een andere dialoogstrategie. Bij ondernemers op een bedrijventerrein spelen er weer andere klimaatproblemen dan bij boeren in het buitengebied of bewoners van een dorp of stad. “Een blauwdruk is er dus niet”, zegt de adviseur water en klimaat. “Toen wij in 2015 in Son en Breugel begonnen met de klimaatdialogen, was de vraag wat de gemeente aan moest met de wateroverlast. Droogte en hitte speelden toen nog veel minder. De ouderen die we spraken hadden weinig met het klimaat, wel met de stoeptegels die scheef lagen. Nu zie je dat de bewustwording over de klimaatverandering veel meer is doorgedrongen in de samenleving, omdat men er last van heeft. Dat maakt het voeren van de klimaatdialogen wel makkelijker.”

‘De klimaatverandering is nu tot in de eigen tuin merkbaar’

Petra Thijs I bureau Kragten

Gedragsverandering

Ook bij de gemiddelde inwoner leeft het thema steeds meer. “Omdat de klimaatverandering tot in hun eigen tuin merkbaar is, denken ze nu zelf meer na over het afkoppelen van hun woning en het vergroenen van hun tuin”, aldus Thijs. “Het gaat in feite om gedragsverandering. Dan kun je wel flyers verspreiden over maatregelen die mensen moeten nemen, maar die belanden vaak ongezien in de prullenbak. In Nederweert zijn we daarom met gedragsdeskundigen aan de slag gegaan. We hebben mensen thuis opgezocht en zijn het gesprek aangegaan. In eerste instantie gaat het dan over de last die ze hebben van bomen in de straat; blaadjes op hun auto, zonnepanelen die minder energie opleveren. Dat die bomen ook voor de broodnodige schaduw zorgen en bij hagel minder schade opleveren, is de andere kant van het verhaal. Zo concreet moet je het maken. Het gaat over welk verhaal je vertelt. Je moet mensen ook de tijd gunnen; iemand is niet meteen te veranderen. En je moet bij burgers het thema positief benaderen: wat levert het hen op?”

Keukentafelgesprekken

Klein beginnen en vandaar uit een olievlek creëren. Die aanpak werkt volgens Petra Thijs het beste. “Boxmeer is daar een mooi voorbeeld van. Daar zijn ze in één straat met keukentafelgesprekken aan de gang gegaan. Laten zien dat je betrokken bent, wekt positieve reacties op bij burgers. En die kun je vervolgens als ambassadeur inzetten om de olievlek te vergroten. Meteen een hele gemeente oppakken, is utopie.” Naast Son en Breugel en Boxmeer voert bureau Kragten in Brabant inmiddels ook klimaatdialogen in Cranendonck, Valkenswaard, Veghel en Helmond. In de laatste twee gemeenten ging het om kleinschaliger klimaatadaptatieprojecten die het bureau begeleidde. Petra Thijs: “We voeren dus in verschillende vormen dialogen. En dan gaat het niet alleen over het klimaat, maar ook over energie, leefbaarheid, duurzaamheid en circulariteit. Een integrale benadering dus.”

Klein beginnen en vandaar uit een olievlek creëren

Stakeholders

In twee volle dagen wordt eerst intern de klimaatdialoog gevoerd tussen gemeenteambtenaren vanuit diverse beleidsterreinen. De eerste dag draait om bewustwording, visie en ambitie. De tweede dag worden allerlei locaties in de gemeente onder de loep genomen. Waar speelt de hitte, waar de wateroverlast? En ook: welke stakeholders zijn nodig om de probleemplekken klimaatproof te maken? Petra Thijs: “We beginnen het traject met een stakeholdersanalyse. Welke partners moeten meteen bij de dialogen betrokken worden om mede de richting te bepalen? Vaak zijn dat de waterschappen, soms ook woningcorporaties en GGD. Rijkswaterstaat, ZLTO en Staatsbosbeheer haken voor het buitengebied meestal later aan. Net als agrariërs, ondernemers en bewoners.”

Verschillende belangen

IIn de klimaatdialogen zet bureau Kragten onder meer de regenwatervisiekaart in. Die brengt alle klimaataspecten samen op een begrijpelijke manier en laat zien waar de probleemplekken in een gemeente zijn. Vaak zijn dat de versteende bedrijventerreinen en het centrum, die in de zomer te kampen hebben met extreme hitte. In het buitengebied zit het probleem vooral in droogte en wateroverlast. De verschillende stakeholders hebben dus verschillende belangen. En dan zijn er ook nog verschillen tussen gemeenten. “We merken dat er in kleine kernen vaak meer draagvlak en zorg voor elkaar is dan in grotere kernen. In dorpen spreken mensen elkaar ook eerder aan op hun gedrag”, vertelt Petra Thijs. Ook de politiek binnen een gemeente is volgens haar bepalend voor het verloop van de dialogen. “In een gemeente, waar het bestuur zich wil profileren met duurzaamheid en klimaat, is de eerste stap al gezet en heb je al een belangrijke ambassadeur binnen boord.

Kijk het filmpje over de aanpak van gemeente Horst aan de Maas