Aanbeveling 7
Hanteer spelregels bij de uitvoering
Voor realisatie van opwek duurzame energie is primair de markt aan zet. De overheid stelt duidelijke regels op en een creëert een open markt, met het einddoel voor ogen (aanbeveling 2) en steeds inspelend op nieuwe ontwikkelingen. Dat kan niet zonder randvoorwaarden of duidelijke spelregels. Leg deze vooraf vast en wijzig deze niet tijdens de uitvoering, tenzij er een duidelijk periode is waarin dat kan. Het spreekt voor zich dat gemeenten over de eigen gemeentegrenzen heen kijken en met de buren overleggen (aanbeveling 1, 3 en 6). Op deze pagina zetten we enkele spelregels uit.
A.
We zoeken de ‘beste’ locaties
Waardoor wordt dan het begrip ‘beste’ gedefinieerd? Zeker niet door een toevallige aanvraag voor een vergunning. Maar wel door een zorgvuldig vooraf gearrangeerd planproces - door de gemeente georganiseerd – waarin één of meerdere locaties worden gevonden. Dat zal veelal binnen de in de RES gedefinieerde zoekgebieden vallen. Maar sluit niet op voorhand uit dat er locaties zijn, buiten de zoekgebieden, die net zo goed blijken te zijn als binnen het zoekgebied. Er zijn in het proces van de RES argumenten gevonden waarom binnen het zoekgebied een geschikte locatie gevonden dient te worden. Durf die argumenten opnieuw tegen het licht te houden.
De bereidheid van een grondeigenaar om mee te werken maakt niet per definitie een locatie tot de ‘beste’ plek. Maar het is ook niet uitgesloten dat het een goede locatie is.
"Waarom zou een stuk grond beter geschikt zijn dan een stuk grond verderop gelegen?"
Pas op dat niet alleen naar het belang van de eigenaar en initiatiefnemer wordt gekeken, of de snelheid van realisatie, of de beschikbare SDE-subsidie. Maar weeg zorgvuldig alle belangen die in het geding zijn, dus ook die van de omgeving en het landschap. Het doorlopen van een goede MER-procedure geeft meer inzicht in alle belangen en biedt de mogelijkheid tot een betere afweging van de ‘beste’ locatie(s).
B.
We maken een transparante afweging
We hebben te maken met een zekere mate aan schaarste, o.a. ruimtelijk, maar ook in netwerkcapaciteit, materialen en personeel. Om te voorkomen dat situationeel handelen tot chaos en ongelijkheid leidt, bij bedrijven, grondeigenaren en burgers/omgeving, organiseert de gemeente een of meerdere tenderprocedures en bereidt deze goed voor. Met een tenderprocedure stelt de gemeente vooraf duidelijke voorwaarden en nodigt zij partijen uit om met initiatieven te komen.
Zo ontstaat een gelijk speelveld voor alle initiatiefnemers en is de overheid in staat een goede beoordeling te maken die navolgbaar en verdedigbaar is. Juist bij toenemende schaarste - in de meest brede zin-, maar zeker ook gelet op de financiële belangen van burgers (betaalbaarheid) en initiatiefnemers (investeringsrisico) is een tenderprocedure een belangrijk hulpmiddel voor transparantie, gelijke behandeling en snelheid. Bovendien maakt het verantwoording achteraf mogelijk. Zie ook aanbeveling 3.
C.
Meerwaarde
Het tenderen beperkt zich niet tot de opweklocatie, het vermogen en de techniek. Het gaat om de integrale kwaliteit waarbij o.a. ook landschap, grondvergoeding, netaansluiting, samenwerking met partners over langere tijd, het betrekken van de omgeving (proces van afwegen) en financiële participatie zijn betrokken. De omgeving wordt ‘belast’ met een activiteit die in principe het algemeen belang dient (energievoorziening), het is dan ook begrijpelijk dat de omgeving kritisch weegt wat negatieve en positieve effecten zijn. Is er een meerwaarde voor de omgeving, zo ja, hoe ziet die er dan uit, waar blijkt dat uit? De gemeente maakt in de tenderprocedure duidelijk hoe zij de meerwaarde beoordeelt.
D.
Gebiedsgerichte benadering
Het gaat niet alleen om de geschiktheid van een locatie voor het opwekken van duurzame energie. Het gaat om de locatie en die specifieke activiteit (bijv. energieopwekking) in relatie tot de directe omgeving en andere initiatieven in de toekomst. Alle belanghebbenden in het gebied worden betrokken bij de afweging, maar wel vanuit het perspectief zoals geschetst in aanbeveling 1 tot en met 5. Het gaat daarbij niet om die ene beslissende avond in het buurthuis, maar over een traject waarin alle belanghebbenden samen optrekken en in het proces groeien (inzicht krijgen, vragen kunnen stellen alternatieven kunnen inbrengen en bekijken etc.). Het is intensief samenwerkingstraject van alle belanghebbenden in een specifiek gebied.
E.
Participatie
Participatie kennen we in veel soorten en maten. Van meepraten naar meedoen, van meefinancieren (geld inleggen en rente ontvangen) naar mee investeren (risicovol ondernemen) en zeggenschap.
"Proces- en planparticipatie lijken vandaag de dag vanzelfsprekend, maar dat is nog lang niet het geval."
Procesparticipatie veronderstelt dat je belanghebbenden gedurende het gehele proces mee neemt en een duidelijke rol geeft. Planparticipatie lijkt daarop maar legt het accent vooral op samen bouwen aan een plan, dus creativiteit voorop, open staan voor andere alternatieven en wijzigingen. En misschien wel het belangrijkste, organiseer samenspraak (conform omgevingswet). Bij participatie moet iedereen mee kunnen doen. Het zou een leidend principe moeten zijn omdat de energietransitie iedereen raakt en het verder gaat dan alleen de locatie voor een opweklocatie.
Een tenderprocedure is een mooi voorbeeld van het vergroten van participatie omdat je bij het opstellen van randvoorwaarden belanghebbenden kunt betrekken, inbreng tijdens de planvorming kunt organiseren en zelfs bij de afweging partijen kunt betrekken. Daar waar het Klimaatakkoord spreekt van initiatieven die voor 50% in lokaal eigendom zijn, moet nog veel uitleg worden gegeven wat daar precies onder wordt verstaan. Het is mogelijk om dat onder aanbeveling 7c nader uit te werken.
F.
Uitdagen en versnellen
Door initiatiefnemers uit te dagen breder te kijken dan de specifieke uitvraag in de tender kan mogelijk een extra slag in kwaliteit worden gemaakt. Het gaat daarbij ook om het gemeenschappelijk bewustzijn om langdurig samen te werken aan de energietransitie. Veel initiatiefnemers hebben elders al ervaring opgedaan met innovaties en koppelkansen. Door een tenderprocedure te smal te definiëren loop je het risico alleen vanuit het perspectief van de overheid te denken. Het is juist een taak van de overheid om kaders te stellen en te inspireren. Daar waar kansen zijn voor nieuwe ontwikkelingen, is het juist nu een uniek moment om daar gebruik van te maken en belangen af te wegen. Denk bijvoorbeeld aan: lokaal opwekken en lokaal gebruiken, tijdelijke opslag van energie, laadinfrastructuur voor wijken en dorpen of bedrijventerreinen etc.