‘Vergroenen en verduurzamen
kan gewoon leuk zijn’
“De biodiversiteit is hier groter
dan in de Biesbosch.”
Een film over de rijkdom en dynamiek van de natuur, waarvoor opnames zijn gemaakt in haven- en industriegebied Moerdijk. Op de plek dus met bedrijven in de hoogste milieucategorie. Toch hield productiemaatschappij EMS Films juist hier draaidagen voor de in 2021 uit te brengen film Wild Port of Europe. Niet voor niets, vindt Roland-Jan Buijs, ecoloog bij Havenbedrijf Port of Moerdijk: “De biodiversiteit is hier groter dan in de Biesbosch.”
En om zijn stelling kracht bij te zetten: “Nergens in Nederland zie je dat op dit oppervlak 500 verschillende plantensoorten voorkomen.” Je zou het ook niet verwachten op een 2600 hectare groot industrieterrein waar schoorstenen de horizon domineren. Maar rond die pijpen wordt werk gemaakt van een groene, duurzame en klimaatbestendige inrichting.
Beter werkklimaat
Waarom is biodiversiteit belangrijk in een industrieel gebied? “Het vergroot de belevingswaarde”, legt Buijs uit. “Mensen voelen zich er fijner, de zintuigen worden geprikkeld. Hierdoor wordt het werkklimaat beter. Daarnaast zijn ruigere stukken en meer groen op een industrieterrein een buffer voor fijnstof.”
Mentale stress wordt ermee voorkomen en de sociale cohesie wordt versterkt, antwoordt Robbert Snep op dezelfde vraag. Hij is senior-onderzoeker Groene Steden bij Wageningen Environmental Research. “Een groene aankleding van bedrijventerreinen draagt ook bij aan de uitstraling en het imago van de gevestigde bedrijven.”
Geen toeval
Wie de topografische kaart van bedrijventerrein Moerdijk erbij pakt, valt inderdaad de groene ‘omlijsting’ op. Automobilisten die er over de snelweg A17 langs rijden, zien maar een beperkt deel van de industrie. Dat is geen toeval volgens Gert Slager, bij het Havenbedrijf Port of Moerdijk manager ruimtelijke ontwikkeling, milieu en duurzaamheid. Het is vastgelegd in een natuurmanagementplan, samen met betrokken partijen als de gemeente en Staatsbosbeheer.
“In ons beheercontract staat bijvoorbeeld dat er ecologisch verantwoord gemaaid wordt: niet alles plat klepelen, maar plekken houden waar insecten en kleine zoogdieren voedsel en schuilplaatsen vinden”, aldus Slager. Ecoloog Buijs valt hem bij: “Als er ecologische mogelijkheden zijn en deze de veiligheid niet in de weg zitten, gaan we voor ecologie.”

Gert Slager

Roland-Jan Buijs

dr. ir. Robbert Snep
Tijdelijke natuur
Op ‘Moerdijk’ ligt ook de grootste oppervlakte aan tijdelijke natuur in Brabant, 57 hectare. Het gaat om nog niet uitgegeven bedrijfsgrond. Inmiddels zijn er de juiste natuurlijke omstandigheden gecreëerd, zoals uitgegraven poelen. De streng beschermde rugstreeppad – de angst van iedere projectontwikkelaar – is hier welkom.
Het gaat er volgens Buijs en Slager om dat dit soort initiatieven de biodiversiteit in de hele omgeving structureel verbeteren. De natuur heeft dan voldoende veerkracht, mocht er zich alsnog een bedrijf op deze locatie vestigen.
Klimaatbestendig
Maar hoe zit het met de klimaatbestendigheid van dit bedrijventerrein? Slager weet dat het in de jaren 60 is opgespoten en daarom bij stortregens niet snel het risico op ‘natte voeten’ loopt. “De droogte is een ander verhaal. We proberen met bijvoorbeeld retentiebekkens het water langer vast te houden. Momenteel ontwikkelen we een logistiek park. Daar worden de nieuwste inzichten op het gebied van waterbeheer toegepast.”
Onderzoeker Snep geeft aan dat de opgave om maatregelen te treffen voor het gemiddelde bedrijventerrein verschilt met die van een groot industriegebied als Moerdijk. Dat is anders van opzet en ligt bovendien aan het water.
"De gezondheid en productiviteit van
medewerkers is in het geding."
Versteend
“Veel bedrijventerreinen zijn flink versteend en hebben nauwelijks ruimte voor groen. De impact van klimaatverandering is er groot. Ze hebben geen buffer tegen hitte en piekbuien. Gevolg is dat weersextremen negatief kunnen uitpakken.” Het gaat dan volgens hem niet alleen om schade door wateroverlast of een toenemende energiebehoefte voor met name koeling. De gezondheid en productiviteit van medewerkers is eveneens in het geding.
“Om werknemers een koele werkomgeving te bieden, zijn beschaduwde lunchplekken nodig en routes voor ‘lunchwandelen’, die eventueel deels in de schaduw liggen. Bomen en begroeide pergola’s kunnen die bieden”, aldus Snep. “Om wateroverlast te voorkomen, kan regenwater worden vastgehouden op daken en in wadi’s en sloten. Tevens kan het worden geïnfiltreerd via doorlaatbare verharding op parkeerplaatsen en middels raingardens in bedrijfstuinen.” Zelfs een circulair gebruik voor bedrijfsprocessen is mogelijk.
Draagvlak
Het vergrote bewustzijn bij zowel ondernemers als hun werknemers, maakt hen in de ogen van Snep tot de ‘sleutelactoren’ in het creëren van draagvlak voor klimaatadaptatie in de hele samenleving.
Ecoloog Buijs denkt dat het voor gemeenten en regio’s, die met vergroening en verduurzaming van bedrijventerreinen voor de langere termijn aan de slag willen, vooral belangrijk is ‘iets op papier te hebben staan’: “En betrek er actief stakeholders als natuurverenigingen bij.” Manager Slager heeft ervaren dat de aanvankelijke weerstand bij ondernemers – ‘kosten en risico’s’ – is omgeslagen. “Het kan ook gewoon leuk zijn.”